Ziekenhuis van diagnose beïnvloedt kans operatie pancreascarcinoom

Patiënten met niet-uitgezaaid pancreascarcinoom hebben een grotere kans op het krijgen van een in opzet curatieve operatie wanneer de primaire diagnose is gesteld in een ziekenhuis dat pancreaschirurgie uitvoert. Indien de diagnose is gesteld in een niet-pancreascentrum is de kans op een operatie aanzienlijk kleiner. Het centrum van diagnose was niet geassocieerd met een verbeterde langetermijnoverleving indien gecorrigeerd voor de hogere kans op resectie in de pancreascentra. Dat blijkt uit een studie van Maikel Bakens (Catharina Ziekenhuis, IKNL) en collega’s die onlangs is verschenen in de British Journal of Surgery.  

Chirurgische resectie van alvleesklierkanker biedt patiënten de enige kans op genezing. Om die reden is de beoordeling van de resectabiliteit van een alveeskliertumor van groot belang. Het doel van deze studie was te onderzoeken of het ziekenhuis van diagnose invloed heeft op de waarschijnlijkheid of een patiënt een operatie krijgt aangeboden en of deze keuze invloed heeft op zijn langetermijnoverleving. 

Studieopzet 
Voor deze studie werden patiënten geselecteerd met niet-uitgezaaid pancreascarcinoom die tussen 2005 en 2013 in Nederland werden gediagnosticeerd en geregistreerd door de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). Ziekenhuizen werden geclassificeerd als ‘pancreascentrum’ als er minimaal 20 resecties per jaar plaatsvinden en als ‘niet-pancreascentrum’ bij minder dan 20 resecties / jaar.  

De onderzoekers analyseerden verder de relatie tussen het centrum van diagnose en de waarschijnlijkheid van chirurgie door middel van multivariabele logistische regressie. De invloed van het centrum op de totale overleving werd beoordeeld door middel van een multivariabele Cox regressie-analyse. 

Inclusie patiënten  
Er werden 8.141 patiënten gediagnosticeerd met niet-uitgezaaide alvleesklierkanker, van wie 3.123 patiënten (38, 4 procent) een operatie onderging. Van de 2.712 patiënten gediagnosticeerd in één van de 19 pancreascentra kreeg 52,4 procent een exploratieve laparotomie, tegenover 31,4 procent van de 5.429 patiënten gediagnosticeerd in één van de 74 niet-pancreascentra (P <0,001). Respectievelijk 42,8 procent versus 24,6 procent kreeg uiteindelijk een resectie (pancreatoduodenectomie (p <0,001).  

Redenen om geen operatie aan te bieden, waren een hogere leeftijd van de patiënt, gevorderd stadium van de tumor en vasculaire invasie van de tumor. Daarnaast kan de voorkeur van patiënten en aanwezigheid van comorbiditeiten van invloed zijn geweest op de keuze van de behandeling. Deze laatste gegevens waren echter niet beschikbaar binnen de kankerregistratie. 

Uit de multivariabele analyse bleek dat patiënten die hun diagnose kregen in een pancreascentrum een hogere kans hadden op het krijgen van chirurgie (odds ratio 2,21; 95 procent betrouwbaarheidsinterval 1,98-2,47). Het centrum van de diagnose was na multivariate correctie voor onder andere het hogere resectiepercentage niet geassocieerd met een verbeterde langetermijnoverleving (hazard ratio 0,95; 95 procent betrouwbaarheidsinterval 0,91-1,00). 

Conclusie 
Maikel Bakens en collega’s concluderen dat patiënten met niet-uitgezaaide pancreaskanker een grotere kans hebben op het krijgen van een chirurgische behandeling wanneer de diagnose wordt gesteld in een pancreascentrum, waar minimaal 20 resecties per jaar worden uitgevoerd. Verder is niet uitgesloten dat in niet-pancreascentra een nihilistischer benadering wordt aangehouden ten aanzien van pancreaschirurgie. Dit kan vooral een rol spelen bij oudere patiënten boven de 70 jaar gelet op de bevinding dat deze patiënten een lagere kans hebben op chirurgie.  

Verder kan leeftijd een rol hebben gespeeld bij de doorverwijzing. In pancreascentra waren patiënten jonger dan patiënten gediagnosticeerd in niet-pancreascentra. Echter, de grotere kans op chirurgische behandeling bleef aanwezig in pancreascentra na multivariabele correctie voor leeftijd.  

Dit versterkt de suggestie dat ervaring van een multidisciplinaire team leidt tot een meer adequate beoordeling en selectie van patiënten voor chirurgie met curatieve intentie. Concentratie van zorg in centra die zich toeleggen op behandeling van pancreascarcinoom kan bijdragen aan een verdere verbetering van de resultaten bij deze patiënten. 
 

  • Bakens MJ, van Gestel YR, Bongers M, Besselink MG, Dejong CH, Molenaar IQ, Busch OR, Lemmens VE, de Hingh IH en de Dutch Pancreatic Cancer Group: ‘Hospital of diagnosis and likelihood of surgical treatment for pancreatic cancer’.

  • Meer informatie over deze publicatie is verkrijgbaar via bibliotheek@iknl.nl