Zorg voor patiënten met hoofd-halskanker in diverse EU-landen suboptimaal

De kwaliteit van zorg voor patiënten met hoofd-halskanker is suboptimaal in diverse EU-landen, zo blijkt uit een studie van het “Information Network on Rare Cancers”. Nederland en Slovenië scoren, vergeleken met Ierland en Italië, relatief goed. In eerstgenoemde landen krijgt circa 75% van de patiënten een behandeling in een topklinisch ziekenhuis, terwijl dat aandeel in Ierland en Italië en de meeste andere EU-landen aanzienlijk lager ligt. De onderzoekers concluderen dat niet voldaan wordt aan de belangrijkste kwaliteitsindicatoren en bepleiten daarom maatregelen voor het waarborgen van goede kwaliteit van zorg voor deze patiënten. Bijvoorbeeld door deze zorg te centraliseren in gespecialiseerde centra.

Monitoring en verbetering van de kwaliteit van de kankerzorg is cruciaal. Dit is vooral relevant voor patiënten met hoofd-halskanker, omdat deze ziekte complex is, multimodale therapieën vergt en deze patiënten meestal ouder zijn. Vaak hebben zij ook comorbiditeiten en te maken met beperkte sociale steun. Informatie over de kwaliteit van zorg voor patiënten met hoofd-halskanker is echter schaars.

Opzet

In het kader van het project “Information Network on Rare Cancers” identificeerden de onderzoekers indicatoren voor de kwaliteit van zorg die specifiek van toepassing zijn op het management van hoofd- halskanker. Ook is de kwaliteit van de zorg gemeten voor deze groep patiënten in verschillende EU-lidstaten.

De indicatoren voor het meten van de kwaliteit van zorg voor hoofd-halskanker werden gedefinieerd door experts op basis van een multidisciplinair consensusproces op Europees niveau. Om de voorgestelde indicatoren te testen, is een observationeel, retrospectief population-based onderzoek uitgevoerd in vier landen (Ierland, Italië, Nederland en Slovenië) over de periode 2009 – 2011.

Resultaten

De belangrijkste kwaliteitsindicatoren die naar voren kwamen, zijn: beschikbaarheid van een geformaliseerd multidisciplinair team, participatie aan klinisch en translationeel onderzoek; tijdig aanbieden van zorg en hoge kwaliteit van chirurgie, radiotherapie en pathologisch onderzoek. Analyses toonden aan dat de kwaliteit van de zorg voor patiënten met hoofd- halskanker in de meeste onderzochte landen niet voldeed aan de normen. Een groot deel van de patiënten werd gediagnosticeerd in een vergevorderd stadium van de ziekte. Ook zijn er vertragingen waargenomen bij het starten van de behandeling (vooral radiotherapie) en wordt er slechts zeer beperkt gebruik gemaakt van multimodale therapieën.

Conclusies en aanbevelingen

Annalisa Trama en collega’s concluderen dat de uitkomsten van dit onderzoek aantonen dat de kwaliteit van zorg voor patiënten met hoofd-halskanker in de onderzochte landen, vooral in Ierland en Italië, suboptimaal geregeld is. Volgens de bereikte consensus dient de zorg voor deze patiënten te voldoen aan indicatoren die het hele zorgtraject omvatten, van diagnose tot en met behandeling. Aangezien dit niet het geval is, zijn er oplossingen nodig voor het waarborgen van een goede kwaliteit van zorg voor patiënten met hoofd-halskanker in alle EU-landen. Een optie zou kunnen zijn om deze patiënten door te verwijzen naar gespecialiseerde behandelcentra of naar netwerken met gespecialiseerde centra.

De onderzoekers wijzen er op dat centralisatie van zorg voor veel zeldzame vormen van kanker, waaronder hoofd-halskanker, nog altijd beperkt is in veel Europese landen. Volgens een studie van Gatta et al. vinden er in Nederland circa 200 behandelingen per ziekenhuis per jaar plaats verdeeld over twaalf topklinische ziekenhuizen en in Slovenië circa 265 per ziekenhuis verdeeld over twee topklinische centra. Dit is 75% van de totale populatie met hoofd- halskanker in deze twee landen. In de andere EU-landen ligt het centralisatieniveau aanzienlijk lager. Hoewel centralisatie van zorg nauwelijks haalbaar is voor alle patiënten met hoofd-halskanker, dient deze doelstelling wel te worden nagestreefd. Dat kan alleen door er prioriteit aan te geven binnen het landelijke gezondheidszorgbeleid.

Gerelateerd nieuws

Actie nodig voor gelijke zorg voor mensen met een zeldzame vorm van kanker

Eline, een witte vrouw met blond haar, presenteert achter een katheder in de aula van de Radboud Universiteit

Nieuw onderzoek brengt verschillen en behoeften in kaart

 

De impact van een kankerdiagnose is enorm, maar een diagnose zeldzame kanker brengt nog een aantal extra problemen met zich mee. Lagere overlevingskans; langer diagnostisch traject; minder behandelopties; gebrek aan informatie, kennis en kunde: een greep uit de problemen waar mensen met een zeldzame kanker mee te maken kunnen krijgen. Betere ondersteuning aan patiënten, gericht beleid op zeldzame kankerproblematiek en financiering voor meer en uitgebreider onderzoek zijn daarom noodzaak, aldus IKNL-onderzoeker Eline de Heus, die 29 februari (zeldzame ziektedag) haar proefschrift ‘Rare versus common cancers in the Netherlands’ verdedigde aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. 

 

Foto: Theo Hafmans Fotografie

lees verder

ENQUIRE: Impact op kwaliteit van leven van diagnose zeldzame kanker versus veelvoorkomende kanker

Beeld over de schouder van persoon met rood t-shirt, 2 andere personen zijn zichtbaar. Alleen de onderste helft van hun gezichten zijn in beeld.

De impact van een kankerdiagnose is enorm. Eline de Heus (IKNL) en collega’s onderzochten in een focusgroepstudie (ENQUIRE) in welke mate en op welke manier behoeften, ervaringen en kwaliteit van leven verschillen tussen personen met een zeldzame kanker ten opzichte van personen met een veelvoorkomende kanker. De Heus en collega’s wijzen erop dat zorgverleners zich bewust moeten zijn van de verschillen tussen deze patiënten en dat zij hun zorg waar nodig daarop moeten aanpassen.

lees verder