Vijf genen geassocieerd met recidieven en progressie bij blaaskanker ontdekt

Vijf genen blijken geassocieerd met de progressie en recidieven in niet-spierinvasieve blaaskanker. Dat blijkt uit een grote internationale genoom-studie die recentelijk verscheen in het tijdschrift European Urology Oncology. Het onderzoek biedt een basis voor vervolgonderzoek naar de exacte rol van deze genen in de progressie en recidieven bij patiënten met blaaskanker.

Bij ongeveer 75% van de patiënten met blaaskanker dringt de tumor niet door tot in het weefsel rondom de blaas (niet-spierinvasieve blaaskanker). Patiënten met niet-spierinvasieve blaaskanker hebben over het algemeen een goede prognose met een 5-jaarsoverleving van 90-95%. Echter kenmerkt de ziekte zich door een hoog risico op het ontwikkelen van nieuwe tumoren (recidieven) en het risico op progressie van de tumor naar een hogere graad of stadium van de ziekte of zelfs een spierinvasieve tumor. Er is nog weinig bekend over de biologische mechanismen die hierachter liggen. Wel zijn er steeds meer aanwijzingen dat variatie in het kiembaan DNA (het DNA dat je overerft van je ouders) een rol speelt in de ontwikkeling van recidieven en progressie. 

Eerdere studies: kleine onderzoekspopulaties 

In eerdere studies die op dit gebied zijn uitgevoerd, is gekeken naar specifieke genen en hun rol in de prognose van niet-spierinvasieve blaaskanker. Deze studies waren echter veelal gebaseerd op een zeer kleine onderzoekspopulatie en lieten ook wisselende resultaten zien. In sommige onderzoekspopulaties werd wel een verband gevonden tussen bepaalde genen en recidief of progressie, maar in andere niet. Daarom hebben de auteurs van dit artikel een zogenaamde genoomwijde associatiestudie uitgevoerd waarin zes verschillende internationale onderzoekspopulaties van blaaskankerpatiënten hebben meegenomen.  

Één van de zes populaties is de Nijmegen Blaaskanker Studie (Nijmegen Bladder Cancer Study, NBCS), waaraan bijna 1500 patiënten met niet-spierinvasieve blaaskanker hebben bijgedragen. De patiënten zijn uitgenodigd om aan de NBCS mee te doen via Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL), dat de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) beheert. De andere vijf populaties komen uit Birmingham (UK), twee uit Toronto (Canada), Barcelona (Spanje) en Sheffield (UK). Van alle patiënten werd het hele genoom bekeken. In totaal werden hierdoor maar liefst 7,5 miljoen genetische markers gemeten en bestudeerd.  

Nader te bepalen: de exacte rol van de vijf genen 

Na zorgvuldige kwaliteitscontroles en statistische analyse van al deze markers, kwamen er een aantal markers naar voren dat een verband lieten zien met recidief en progressie. Deze genetische markers zijn vervolgens via uitgebreide additionele analyses gekoppeld aan een aantal kandidaatgenen die mogelijk een rol spelen in de ontwikkeling van recidief en progressie. In een extra onderzoekspopulatie uit Denemarken is vervolgens gekeken of de mate waarin deze genen tot uiting komen, ook een relatie heeft met recidief. Op basis hiervan kwamen vijf genen naar voren (SCFD1, IFT140, UBE2I, FAHD1 en NME3). De rol van deze genen in de ontwikkeling van blaaskankerrecidief en -progressie moet verder onderzocht worden in toekomstige functionele studies, zodat we meer kunnen leren over de onderliggende biologische mechanismen die verantwoordelijk zijn voor blaaskankerontwikkeling.  

  • Tessel E Galesloot, Anne J Grotenhuis, Dimitar Kolev, Katja K Aben, …, Lambertus A L M Kiemeney, Sita H Vermeulen. Genome-wide Meta-analysis Identifies Novel Genes Associated with Recurrence and Progression in Non–muscle-invasive Bladder Cancer. Eur Urol Oncol. 2021 Aug 2;S2588-9311(21)00120-6. doi: 10.1016/j.euo.2021.07.001. Online ahead of print.