Behandeling longkanker

De behandeling van longkanker verschilt per subtype en stadium. Daarbij is SCLC small cell lung cancer ofwel kleincellig longcarcinoom, NSCLC niet-kleincellig longcarcinoom. Per stadium is onderstaand in grafieken weergegeven welke behandelingen patiënten met longkanker hebben ontvangen.

NSCLC stadium I, II en III

Stadium I

De standaardbehandeling bij klinisch stadium I bestaat uit chirurgie, maar stereotactische radiotherapie wordt vaak toegepast als alternatief bij patiënten met een hoge leeftijd of slechte performance status.

Relevante publicaties:

Stadium II

Adjuvante chemotherapie wordt aanbevolen bij postchirurgisch stadium II. In de praktijk wordt daar vaak van afgezien bij mensen met een hoge leeftijd of stadium IIA.

Stadium III

De meest voorkomende behandeling bij stadium III is een combinatie van chemotherapie en radiotherapie, bij voorkeur gelijktijdig gegeven. Een deel van de patiënten komt niet in aanmerking voor actieve behandeling, vooral bij een uitgebreid stadium of hogere leeftijd.

Voor patiënten die behandeld waren met chemoradiotherapie werd in 2018 nabehandeling met immunotherapie geïntroduceerd. In eerste instantie betrof dat een patient access program, maar vanaf september 2019 werd behandeling met durvalumab formeel vergoed. Deze behandeling wordt minder vaak toegepast na sequentiële behandeling.

Relevante publicaties:

NSCLC stadium IV

De behandeling van stadium IV, hier exclusief TKI-gevoelige mutaties en klinische diagnoses, is de afgelopen jaren sterk gewijzigd door de introductie van immunotherapie. In 2019 werd 15% van de patiënten behandeld met mono immunotherapie en 27% met combinatie chemo-immunotherapie. De nieuwe behandelopties worden zowel bij squameuze als bij niet-squameuze tumoren toegepast. Patiënten met ECOG performance status 0 of 1 werden vaker systemisch behandeld en patiënten met ECOG performance status 2 of hoger ontvingen vaker ondersteunende zorg.

Relevante publicaties:

NSCLC stadium IV mutaties

Bij TKI-gevoelige mutaties/translocaties bestaat de voorkeursbehandeling uit doelgerichte therapie. In 2019 werd dit in 59% van de gevallen daadwerkelijk toegepast. Bij patiënten met een hogere leeftijd of slechte performance status wordt regelmatig gekozen voor ondersteunende zorg. Bij sommige subtypes moleculaire alteraties (bijv. BRAF non-v600e, EGFR exon 20 insertie) kan gekozen worden voor een traditionele behandeling met chemo en/of immunotherapie.

Relevante publicaties:

SCLC I-III en IV

Stadium I-III

Standaardbehandeling bij niet-gemetastaseerd kleincellig carcinoom is chemoradiotherapie, bij voorkeur met tweemaal daags bestraling. Bij stadium I wordt chirurgische behandeling regelmatig toegepast, meestal wanneer de histologische diagnose vooraf niet bekend is. Bij kleine lesies is ook stereotactische radiotherapie een optie.

Stadium IV

Bij gemetastaseerd SCLC bestaat de standaardbehandeling in tweederde van de gevallen uit chemotherapie. Combinatie met immunotherapie betreft vooral behandeling in klinische studies. Chemotherapie wordt minder vaak toegepast bij patiënten met een hogere leeftijd of slechtere performance score.

Relevante publicaties:

Mesothelioom

De systemische behandeling bij het pleura mesothelioom bestond van oudsher uit chemotherapie. Vanaf 2021 wordt ook immunotherapie toegepast, in eerste instantie via een patient access program, vanaf medio 2022 als vergoede behandeling. 

Relevante publicaties:

Definities

  • Algemene uitleg NKR cijfers
  • Analyses op basis van cTNM of pTNM, vanaf 2017 wordt TNM editie 8 gebruikt
  • Klinische diagnoses zonder PA-bevestiging werden meegeteld als NSCLC
  • Chemoradiotherapie omvat zowel concurrent als sequentiële bestraling
  • Chirurgie betreft alleen de anatomische resecties, eventueel voorafgegaan of gevolgd door chemotherapie of radiotherapie
  • ECOG performance status betreft de toestand voor start van de behandeling en was in een deel van de gevallen onbekend
  • Bij NSCLC stadium IV mutaties werden patiënten geselecteerd met een mutatie/translocatie waarvoor doelgerichte therapie als standaardzorg voor longkanker beschikbaar is (ALK, EGFR, BRAF, ROS1 of MET).
  • Patiënten werden slechts in één behandelgroep ingedeeld, met prioriteit voor systemische behandeling boven ondersteunende zorg.
  • Patiënten die doelgerichte therapie ontvingen in combinatie met andere systemische therapie zijn ingedeeld bij doelgerichte therapie.
  • De systemische behandelgroepen (alleen chemotherapie, chemotherapie+immunotherapie, immunotherapie mono en doelgerichte therapie) kunnen in combinatie met (palliatieve) radiotherapie en/of chirurgie gegeven zijn.