T1 CRC-werkgroep Nederland: verlagen van onnodige chirurgie

Er zijn nog veel hiaten in de kennis over de diagnostiek en behandeling van darmkanker (CRC) in een vroeg stadium (T1) zoals dat wordt opgespoord in het bevolkingsonderzoek. Door het bevolkingsonderzoek (BVO) wordt darmkanker vaker in een vroeg stadium gediagnosticeerd: van 17% T1 CRC bij diagnose voor de start van het BVO betreft dit nu 40%. Het gebrek aan kennis rondom optimale behandeling van deze vroege tumoren heeft een groep medisch specialisten doen besluiten om samen kwalitatief hoogstaand onderzoek te doen naar de diagnostiek en behandeling. Zij hebben zich verenigd in de ‘T1 CRC-werkgroep’, waar inmiddels 51 ziekenhuizen bij zijn aangesloten. 

 

Wat in 2014 begon als een bijeenkomst van een kleine club MDL-artsen in het UMC Utrecht is inmiddels uitgegroeid tot een multidisciplinaire werkgroep met verschillende lopende studies. Van ieder ziekenhuis is het streven dat er een MDL-arts, patholoog en chirurg is vertegenwoordigd. Het zo ontstane multidisciplinaire karakter zorgt voor leuke discussies en goede ideeën. Dit geeft daarnaast direct de mogelijkheid om de opgedane kennis door te voeren in het eigen ziekenhuis en om gezamenlijk aan studies deel te nemen. Elke drie maanden komt de werkgroep in Utrecht bij elkaar.

T1 CRC richtsnoer

De thema’s van de vergadering wisselen gedurende het jaar. Soms is de vergadering in het teken van de wetenschap, terwijl de andere vergadering zich juist richt op klinische casuïstiek of op het vormen van een richtsnoer. Omdat de landelijke richtlijn lang niet overal richting aan geeft, worden in verschillende ziekenhuizen verschillende keuzes gemaakt. Hiervoor zet een subgroep van de werkgroep zich in om een op T1 CRC gerichte richtsnoer te ontwikkelen dat t.z.t. ook in de Nederlandse richtlijn CRC kan worden opgenomen. De verwachting is dat in de loop van dit jaar de eerste versie van de T1 CRC-richtsnoer gereed is. Deze zal op de T1 CRC-website worden gepubliceerd. 

Jaarlijks symposium

In januari 2018 werd het eerste T1 CRC-symposium georganiseerd. Met tweehonderd aanwezigen is die dag in vier blokken de laatste kennis over respectievelijk endoscopie, pathologie, chirurgie en surveillance van T1 CRC bediscussieerd. Bekijk de presentaties van dit symposium.  De tweede editie van het symposium zal plaatsvinden op 17 januari 2020, inschrijving wordt in de loop van het jaar mogelijk via www.t1crc.com

Percentage onnodige chirurgie bij T1 CRC verlagen

Het doel van de T1 CRC-werkgroep is op een veilige manier het percentage onnodige chirurgie voor patiënten met T1 CRC te verlagen. Hiervoor zijn verschillende stappen nodig: goede optische diagnostiek, kwalitatief goede en-bloc resectietechnieken, verbetering van histologische risicostratificatie en adequate surveillance. 

Optische diagnostiek is nodig om de juiste poliepen te selecteren voor een minimaal-invasieve verwijdering die ook aan de oncologische standaarden voldoet. Uit recent onderzoek bleek dat 80% van de T1 CRC’s nog niet wordt herkend. Dr. Leon Moons, MDL-arts UMC Utrecht: 'Hier is duidelijk winst te boeken. In de OPTICAL-studie hebben we een voorspelmodel gemaakt voor de herkenning van T1 CRC in niet-gesteelde poliepen. Dit voorspelmodel is uitgewerkt in een risicotabel, zodat de endoscopist op eenvoudige wijze kan aflezen hoe groot de kans op T1 CRC in een poliep is. Met de ingang van 2019 zijn we een studie gestart waarin we endoscopisten m.b.v. een e-module trainen om het voorspelmodel toe te passen en op deze manier de herkenning van T1 CRC te bevorderen. Wij verwachten dat dit uiteindelijk leidt tot een betere inschatting van de toe te passen behandeling.' 

Krijn Haasnoot, arts-onderzoeker bij UMC Utrecht vult aan: 'Een andere grote uitdaging in de behandeling van deze vroegtumoren is de selectie van patiënten voor chirurgie. Slechts 7 tot 10% van de patiënten met T1 CRC heeft lymfkliermetastasen. Deze mensen hebben baat bij oncologische chirurgie. Echter, de overige kunnen minimaal-invasief worden behandeld met lokale endoscopische technieken. Met de huidige histologische risicostratificatie lukt het slechts om 25% van de T1 CRC’s als laag-risico T1 CRC te herkennen. In de overige 75% is chirurgie in principe geïndiceerd, waarbij dus in het overgrote merendeel geen lymfkliermetastasen of resttumor wordt gevonden. Daar valt een enorme winst te behalen, want de morbiditeit en mortaliteit van chirurgie is aanzienlijk hoger dan die van minimaal-invasieve ingrepen. 

Moons: 'Met de participerende ziekenhuizen hebben we daarom een grote database aangelegd met >2500 T1 CRC’s en van een deel van deze populatie is het tumormateriaal verzameld om zo diverse klinische vragen te beantwoorden. Met de opgezette database is o.a. een nieuw histologisch voorspelmodel gemaakt voor gesteelde T1 CRC’s, waarmee het aantal chirurgische verwijzingen met de helft gereduceerd kan worden. Het komende jaar werken we aan een vergelijkbaar voorspelmodel voor niet-gesteelde poliepen. Verder worden er studies opgezet met betrekking tot het veilig toe passen van diverse resectietechnieken, de surveillance van (hoog-risico) patiënten en verschillen tussen BVO en niet BVO-patiënten.'

Teams per ziekenhuis binnen de T1 CRC-werkgroep

Het zou mooi zijn om uit ieder ziekenhuis in Nederland een team binnen de T1 CRC-werkgroep actief te hebben, bestaande uit een MDL-arts, GE-patholoog en GE-chirurg om zo de zorg voor het toegenomen aantal T1 CRC-patiënten in Nederland op hoog niveau te kunnen onderzoeken en verbeteren.

Contact

Vragen en opmerkingen? Neem contact op met de initiatiefnemers van de T1 CRC werkgroep en/of schrijf je in voor de nieuwsbrief voor updates over komende vergaderingen

  • Leon Moons, MDL-arts, UMC Utrecht
    Yara Backes, AIOS-MDL, UMC Utrecht
    Krijn Haasnoot, arts-onderzoeker MDL, UMC Utrecht
    Miangela Laclé, patholoog gastro-enterologie, UMC Utrecht 
  • Meer informatie over de werkgroep is te vinden op: www.t1crc.com
Gerelateerd nieuws

Overleving ouderen (85 jaar en ouder) na colorectale chirurgie beïnvloedbaar

Onder zeer oude patiënten (85 jaar en ouder) met colorectale kanker blijft het sterftecijfer hoog in het eerste jaar na de behandeling. Dat concluderen Amanda Bos (IKNL) en collega’s in een studie met gegevens van ruim 52.000 patiënten uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) die tussen 2008 en 2013 zijn geopereerd. Hoewel de leeftijdsgebonden overlevingsverschillen verdwenen na correctie voor sterfte door andere oorzaken, zagen de onderzoekers gunstige trends in de tijd ten aanzien van de 1-jaarsmortaliteit na colorectale chirurgie. Deze bevinding onderstreept dat de overleving van ouderen na een ingrijpende operatie beïnvloedbaar is.

lees verder

Vergelijking endoscopische resectie en primaire chirurgie bij T1 darmkanker

Een aanvullende darmoperatie na endoscopische resectie zou alleen overwogen moeten worden bij patiënten met stadium T1 darmkanker met een hoog histologisch risico of een positieve resectiemarge. Dat advies geven Tim Belderbos (UMC Utrecht) en collega’s van IKNL, Catharina Ziekenhuis, AMC en Radboudumc op basis van een studie met data van de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). Een risicovolle histologie verhoogt de kans op lymfekliermetastasen, maar hangt niet samen met een grotere kans op recidieven op lange termijn. De onderzoekers verwachten dat goed geselecteerde patiënten baat kunnen hebben bij een additionele operatie na initiële endoscopische resectie.

lees verder