Nieuws Zeldzame kanker

Proefschrift: zeldzame kanker bepaald niet zeldzaam in Nederland en EU

In Nederland krijgen 14.000 patiënten per jaar te horen dat ze een zeldzame vorm van kanker hebben. Omgerekend komt dat neer op 17% van de totale incidentie van kanker in Nederland. Dat blijkt uit het proefschrift ‘Surveillance of rare cancers’ waarop IKNL-onderzoeker Jan Maarten van der Zwan 20 mei 2016 promoveerde aan de Universiteit Twente. Van de 260 gedefinieerde vormen van kanker trof hij 223 (86%) zeldzame vormen aan in Nederland. In Europa gaat het om gemiddeld 541.000 nieuwe patiënten per jaar. Volgens de promovendus onderstrepen deze bevindingen voor het eerst de omvang van zeldzame kanker in Europa, maar ook dat onderzoek naar deze zeldzame vormen van kanker mogelijk is door internationale samenwerking en uitwisseling van data. 

lees verder

Ongelijkheid voor patiënten met een zeldzame vorm van kanker

Naar schatting zijn er op dit moment meer dan 4,3 miljoen mensen in Europa die een zeldzame vorm van kanker hebben gehad en nog steeds leven met de gevolgen daarvan (www.RARECARE.eu). Uit onderzoek blijkt dat de vijfjaarsoverleving voor de groep patiënten met een zeldzame kanker (47%) beduidend lager is dan de vijfjaarsoverleving voor patiënten met veel voorkomende kankersoorten (65%). Daarnaast zijn er verschillen in overleving tussen de Europese regio’s.

lees verder

Minder toxische behandelopties nodig voor maligne pleura mesothelioom

In België, Nederland en Engeland is chemotherapie tussen 2003 en 2006 uitgegroeid tot de standaardbehandeling voor jongere patiënten met maligne pleura mesothelioom. Voor oudere patiënten, die momenteel de helft van deze patiëntenpopulatie uitmaken, zijn minder toxische behandelingen nodig om hun vooruitzichten te verbeteren. Ronald Damhuis (IKNL) en collega’s stellen vast dat, ondanks vele jaren van onderzoek, er nog steeds weinig bekend is over de optimale combinatie van chemotherapie, chirurgie en radiotherapie. “Op het hoogtepunt van de epidemie, is er nog tijd om antwoorden te vinden.”

lees verder

17 procent van alle kankers in Nederland valt onder definitie ‘zeldzaam’

Van alle nieuw gediagnosticeerde kankers die tussen 2004 tot 2008 in Nederland werden vastgesteld, valt 17% onder de RARECARE-definitie voor ‘zeldzame kankers’. In totaal ging het hierbij om 14.000 nieuwe incidenties verdeeld over 223 verschillende entiteiten. Deze diversiteit geeft de complexe uitdaging aan waarvoor clinici zich gesteld zien bij het stellen van de diagnose. Onderzoeker Jan Maarten van der Zwan (IKNL) en collega’s stellen voor om de nieuwe definitie van RARECARE te hanteren en deze verder te verfijnen met seksespecifieke incidenties voor seksespecifieke kankerlocaties. 

lees verder

Reconstructie na hoofd-halskanker veilig na zorgvuldige selectie patiënt

Chirurgische behandeling van hoofd-halstumoren kan leiden tot complexe defecten. Microchirurgische reconstructie met een vrije gevasculariseerde lap is vaak geïndiceerd om een optimaal functioneel en esthetisch resultaat te behalen. Een tumorresectie gecombineerd met een vrijelapreconstructie wordt echter veelal niet aangeboden aan oudere patiënten. In deze studie evalueren Thomas Peters (UMC Groningen) en collega's complicaties (Clavien-Dindo classificatie) en (ziektespecifieke) overleving na een vrijelapreconstructie bij oudere patiënten.

lees verder

Geen verschil in overleving plaveiselcelcarcinoom boven- en onderlip

Algemeen wordt aangenomen dat patiënten met kanker aan de bovenlip een slechtere overlevingskans hebben dan patiënten met kanker aan de onderlip. Uit onderzoek van Nienke Pietersma en collega’s blijkt dat de totale en relatieve 5-jaarsoverleving voor kanker aan de bovenlip en onderlip vergelijkbaar waren in de periode 1989-2009. Ook de relatieve 10-jaarsoverleving was nagenoeg hetzelfde met 94 procent voor de bovenlip en 90 procent voor de onderlip.

lees verder

Overleving hepatocellulair carcinoom mede afhankelijk van ziekenhuistype

In landen met een lage incidentie van hepatocellulair carcinoom (zoals Nederland) kunnen de uitkomsten van resectie of behandeling met sorafenib verschillen per ziekenhuistype. Uit onderzoek van Lydia van der Geest (IKNL), Suzanne van Meer (UMCU) en collega’s blijkt dat de postoperatieve sterfte en mortaliteit op langere termijn hoger is in niet-academische ziekenhuizen. Ook de behandeling met Sorafenib wordt in niet-universitaire ziekenhuizen geassocieerd met een hogere langetermijnsterfte. Het behandelvolume blijkt geen onafhankelijk voorspeller voor de uitkomsten van de behandeling.

lees verder

Bijnierschorscarcinoom bij kinderen: trials internationale setting nodig

Bijnierschorscarcinoom bij kinderen is een uiterst zeldzame aandoening in de westerse wereld. Uit onderzoek door Thomas Kerkhofs (MMC) en collega's blijkt dat de behandeling van kinderen met bijnierschorscarcinoom in de leeftijd tot 4 jaar betere resultaten oplevert dan bij kinderen van 5 jaar of ouder. Omdat er onvoldoende klinisch bewijs is, worden kinderen nu nog behandeld met een aangepaste behandeling voor volwassenen. De zoektocht naar een betere behandeling kan volgens de onderzoekers alleen slagen als er klinische trials worden opgezet in een internationale setting.

lees verder